De vechtsport mixed martial arts (MMA) is bezig aan een opmars in grote delen van de wereld. In Noord-Amerika overvleugelt de sport volgens velen boksen als de populairste vechtsport. Miljarden dollars gaan om in de soms bloederige competitie. Critici wijzen het fenomeen van de hand als menselijke hanengevechten. Reportage over een vechtavond.

Door Frank Kuin

MONTREAL. Onder oorverdovend lawaai komt Georges Saint-Pierre de arena binnen in zijn thuisstad, het Canadese Montreal, om zijn titel te verdedigen als langdurig kampioen in mixed martial arts, een razend populaire vechtsport in Noord-Amerika. Meer dan 23.000 fans van het weltergewicht scanderen zijn initialen – GSP! GSP! – terwijl hun kaalgeschoren idool, temidden van een entourage van stoere begeleiders, met een strakke blik afstevent op de vechtkooi in het midden van het stadion.

,,Dames en heren, het is tijd voor het hoofdevenement van de avond,’’ roept een presentator over luide heavy metalmuziek, terwijl de 29-jarige St-Pierre zich uitkleedt tot hij alleen een korte broek, handschoenen en een gebitsbeschermer aan het superfitte lijf heeft. Dan stapt hij het strijdtoneel op: de ‘octagoon’, een achthoekige kooi omgeven door een gaashek van bijna twee meter hoog. De vloer is ontdaan van bloed dat vloeide bij enkele van de eerdere tien gevechten van de avond. Hij schudt zijn armen en benen los.

Tegenover St-Pierre springt zijn uitdager op en neer: Josh Koscheck, een 33-jarige worstelaar uit Californië. Koscheck, die bekendheid geniet als tegenspeler van St-Pierre in de reality televisieshow The Ultimate Fighter, heeft in de aanloop van het gevecht veel publiciteit getrokken met grootspraak. Met verve speelt hij de rol van slechterik, die golden boy St-Pierre ,,op zijn donder’’ komt geven. ,,Ik ga hem knock-out slaan, Montreal!’’ Luid gejoel valt hem ten deel.

Vechters Georges Saint-Pierre en Josh Koscheck voor hun gevecht in Montreal.

Wanneer het beginsignaal klinkt mogen de twee moderne gladiatoren elkaar voor vijf perioden van vijf minuten met handen en voeten te lijf, op welke manier ze maar willen: boksen, kickboksen, worstelen, judo en andere vormen van vechtsport als taekwondo en jiujitsu – alle technieken van schoppen, vuistslagen, houdgrepen en zelfverdediging kunnen worden ingezet om de tegenstander te verslaan. Een intensieve strijd met vuistslagen naar het hoofd kantelt wanneer St-Pierre zijn rivaal bestormt en op de grond werpt. Stompen volgen. Het publiek gaat uit zijn dak.

Wegens de veelzijdigheid van de vechtsport is mixed martial arts, ofwel MMA, bezig aan een opmars in grote delen van de wereld. In Noord-Amerika overvleugelt de sport volgens velen tegenwoordig boksen als de populairste vechtsport. ,,Veel mensen zijn boksen zat,’’ zegt Joe Ferraro, de presentator van een programma over mixed martial arts op de Canadese sportzender Sportsnet. ,,Ik kan maar voor een beperkte tijd kijken naar twee vechters die uitsluitend vuistslagen gebruiken. Laat eens een trap zien, laat eens zien wat er gebeurt als je probeert de ander neer te halen. Dat is wat mij betreft pas echt vechten.’’

,,Het is geweldig om naar te kijken, het is snel en het gaat er hard aan toe’’

Toeschouwers vinden dat ook – en zijn bereid om voor het spektakel te betalen. ,,Het is geweldig om naar te kijken, het is snel en het gaat er hard aan toe,’’ zegt Jason Wagner, een twintiger die 600 dollar heeft neergeteld voor zijn toegangskaartje. ,,De vechters zijn ware topsporters, de trainingen die ze moeten doen en hun lichamelijke conditie zijn onvoorstelbaar.’’ Televisiekijkers kunnen de gevechtenavond tegen betaling rechtstreeks volgen, via pay-per-view.

Geld stroomt dan ook binnen bij de voornaamste organisator van gevechten, het Amerikaanse Ultimate Fighting Championship (UFC), een privébedrijf in Las Vegas. Sinds de jaren negentig is UFC, dat ongeveer 230 vechters onder contract heeft en evenementen organiseert in Noord-Amerika en daarbuiten, uitgegroeid tot een imperium met een waarde van honderden miljoenen dollars. Dana White, mede-eigenaar van het bedrijf, wil van mixed martial arts ,,de grootste sport ter wereld’’ maken.

Niet iedereen is daar gelukkig mee. Tegenstanders van MMA beschouwen de vechtsport als ,,barbaars’’. De Amerikaanse senator John McCain voerde in de jaren negentig campagne tegen legalisering van de sport, die hij destijds omschreef als ,,human cockfighting.’’ Sindsdien zijn de gevechten weliswaar aan regels gebonden – kopstoten en klappen tussen de benen zijn bijvoorbeeld verboden, alsmede bijten, trekken aan haren, of het zogeheten ‘vishaken’ – maar in enkele Amerikaanse staten, waaronder New York, blijft MMA verboden.

George Saint-Pierre, kortweg GSP.

Toch rukt de UFC op bij een breder publiek, mede dankzij St-Pierre, een superster van de sport die weliswaar in de kooi meedogenloos is, maar daarbuiten juist een heel clean imago heeft. Hij is beleefd en draagt een moraal uit van een intelligente uitblinker die voortdurend keihard werkt om zijn doel te bereiken. ,,Veel mensen denken dat mixed martial arts wordt beoefend door barbaren, maar GSP bewijst het tegendeel,’’ zegt Alex Stines, manager van het fitnesscentrum in Montreal waar St-Pierre traint. ,,Georges is een rolmodel voor sportliefhebbers in Québec en daarbuiten.”

De stervechter, die begon als een judoka, staat bekend om zijn allround vechtcapaciteiten, zijn topconditie en zijn soepele overgangen tussen staand vechten en worstelen op de grond. Hij brengt Koscheck al snel een blauw oog toe, behoudt de overhand in vijf ronden van pijlsnelle bewegingen, en scoort de eindzege – de 21ste in zijn loopbaan bij de UFC, tegenover twee nederlagen. Toch is het niet zijn beste overwinning, zegt hij achteraf, want ,,ik had hem knock-out willen slaan, en dat doel heb ik niet bereikt.’’

Wegens de grote bekendheid van St-Pierre in andere delen van de wereld waar MMA populair is, zoals Azië en Zuid-Amerika, noemt White van de UFC St-Pierre ,,de bekendste sportman uit Canada ooit.’’ Dat roept vergelijkingen op met de legendarische ijshockeyer Wayne Gretzky. GSP vindt het te veel eer. ,,Gretzky was mijn idool toen ik opgroeide,’’ zegt hij. ,,Ik geloof dat hij meer voor ijshockey heeft gedaan dan ik voor mixed martial arts. Mijn doel is om dat punt ooit te bereiken in mijn leven.’’

Stefan Struve

Ook een Nederlandse vechter stond bij het evenement UFC 124 in Montreal in de vechtkooi: Stefan Struve, een 22-jarig zwaargewicht van 2,10 meter lang, bijgenaamd ‘Skyscraper’. De jonge vechtsporter, met een achtergrond in kickboksen, moest zich eerder op de avond uit een armklem van de Amerikaan Sean McCorkle vechten, maar kreeg binnen een ronde de overhand en sloeg zijn tegenstander met enkele rake klappen in het gezicht totdat de scheidsrechter het gevecht in zijn voordeel beëindigde.

De langste man in de UFC is nog niet erg bekend in Nederland, maar werd luid toegejuicht door het publiek. Geen moment dacht hij dat hij zou verliezen van McCorkle toen hij zich uit de houdgreep moest worstelen. ,,Ik maakte me geen zorgen, ik wist dat ik rustig moest blijven om terug te komen”. Na de wedstrijd omhelst Struve zijn trainer, Bob Schreiber. Schreiber: ,,Stefan is heel sterk, hij weet zich altijd terug te vechten uit moeilijke situaties.”

M.m.v. Daan Heijink

Een pdf van mijn reportage over mixed martial arts met foto is Een hanengevecht achter gaas

This post is also available in: Engels

 

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *