De bomaanslag op een toestel van Air India in 1985, waarbij 329 mensen omkwamen, was de bloedigste terreuraanslag op de luchtvaart tot ’11 september’. Pas achttien jaar later staan de vermoedelijke daders nu in Canada voor de rechter.

Door Frank Kuin

MONTRÉAL. Ramji Khandelwal heeft lang moeten wachten op een kans op gerechtigheid. Bijna achttien jaar geleden, in juni 1985, zette de Indiaas-Canadese scheikundige zijn beide dochters, Chandra (21) en Manju (19), op het vliegtuig naar India om een familiebruiloft bij te wonen. Hun toestel ontplofte voor de kust van Ierland, doelwit van een terroristische bomaanslag waarbij alle 329 inzittenden omkwamen. Het was de bloedigste terreuraanslag op het luchtverkeer vóór 11 september 2001.

Een proces tegen twee andere verdachten in de Air Indiazaak, Ripudaman Singh Malik en Ajaib Singh Bagri, moet binnenkort beginnen in Vancouver.

Een proces tegen twee verdachten in de Air Indiazaak, Ripudaman Singh Malik en Ajaib Singh Bagri, gaat vandaag van start in Vancouver.

Vandaag begint in de Canadese stad Vancouver een proces tegen twee mannen die ervan worden beschuldigd de aanslag op Air India te hebben gepleegd. Ripudaman Singh Malik en Ajaib Singh Bagri, leden van de omvangrijke Sikh gemeenschap aan de Canadese westkust, staan terecht op beschuldiging van massamoord. Malik, een 56-jarige zakenman, en Bagri, een 53-jarige houtzagerijwerker, worden verdacht van een samenzwering: zij zouden in Vancouver een kofferbom hebben ingecheckt die in Toronto werd overgeladen op vlucht 182 naar New Delhi.

De aanslag op de nationale luchtvaartmaatschappij van India zou bedoeld zijn geweest als vergelding voor de bestorming van de Gouden Tempel, het heiligdom van de Sikhs in India, door het Indiase leger in 1984. Malik en Bagri behoorden in Canada tot een extremistische organisatie die de vorming nastreeft van een onafhankelijke staat voor de Sikhs, Khalistan, op het grondgebied van de Indiase deelstaat Punjab. Hoewel de terreuraanslag van meet af aan met die zaak in verband is gebracht, werden de twee mannen pas in 2000 gearresteerd, na een lang en moeizaam onderzoek.

,,We hebben hier lang op gewacht, en er is enige voldoening dat deze mensen eindelijk voor de rechter komen,” zegt Khandelwal. Slechts één van zijn dochters werd na de ramp geborgen. Ze werd in Ierland gecremeerd en haar as werd uitgestrooid boven de Ganges in India. ,,Ons verlies kan nooit worden goedgemaakt,” zegt Khandelwal. ,,Maar als de schuldigen worden bestraft, dan gaat daar een les van uit. Niemand zou ooit zo’n tragedie hoeven doormaken.”

,,We hebben hier lang op gewacht”

De terreuraanslag op Air India geniet minder internationale beruchtheid dan de aanslag op een toestel van PanAm boven het Schotse Lockerbie, waarbij in 1988 270 mensen omkwamen. Dat zou misschien anders zijn geweest als het complot waarvan Malik en Bagri worden beschuldigd, volledig zou zijn gelukt. Het plan getuigt van een snode precisie die weinig onderdoet voor de coördinatie bij de aanslag op het Wereldhandelscentrum in New York: twee vliegtuigen van Air India zouden gelijktijdig uit de lucht worden geblazen aan weerszijden van de wereld, met kofferbommen die beide waren ingecheckt in Vancouver.

Bij de transatlantische vlucht lukte dat, en de wrakstukken liggen zo diep onder water dat er nooit enig bewijsmateriaal is gevonden dat het toestel ontplofte door een bom. De sleutel tot het complot ligt bij de andere kofferbom, die 54 minuten eerder ontplofte aan de andere kant van de wereld, op de luchthaven van Tokio. Daar sloot een vlucht uit Vancouver aan op een Air-Indiavlucht naar Bangkok. Twee bagagewerkers kwamen bij die explosie om.

Inderjit Singh Reyat op een beeld van de Canadese omroep CBC.

Inderjit Singh Reyat op een beeld van de Canadese omroep CBC.

Forensisch onderzoek in Japan wees uit dat voor die bom een radiotuner was gebruikt die was aangeschaft nabij Vancouver door Inderjit Singh Reyat, een Sikh elektriciën. Hij werd in 1991 veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf wegens doodslag van de twee bagagewerkers. Reyat zou samen met Malik en Bagri terechtstaan voor de aanslag op vlucht 182, maar in februari van dit jaar sloot hij onverwachts een akkoord met de openbare aanklager: hij erkende de explosieven voor de bom aan boord vlucht 182 te hebben geleverd, maar ontkende zelf de bom te hebben gemaakt. Omdat moord met voorbedachte rade niet te bewijzen viel, kreeg Reyat in ruil voor zijn bekentenis nog eens vijf jaar gevangenisstraf wegens doodslag – de eerste veroordeling in de Air-Indiazaak.

Khandelwal was teleurgesteld over de lichte straf die Reyat kreeg voor zijn rol in de dood van 329 mensen. ,,Geen van de familieleden was daar gelukkig mee,” zegt hij. Eén van de redenen dat de rechtszaak achttien jaar op zich heeft laten wachten is volgens hem dat ,,de Canadese autoriteiten de zaak aanvankelijk niet als een Canadese tragedie zagen. Ze dachten dat deze mensen uit India kwamen en dat dit een probleem was van India.” Ruim driekwart van de slachtoffers had de Canadese nationaliteit.

De Canadese politie wijst op andere redenen. Het onderzoek is zeer complex, en strekt zich uit van Canada tot Ierland, India en Japan. Het belangrijkste bewijsmateriaal ligt 2,5 kilometer onder de zeespiegel; slechts vijf procent is boven water gehaald. Bovendien is het moeilijk gebleken om overtuigend bewijs tegen de verdachten te vinden. Er is geen ‘smoking gun’ die hen in direct verband brengt met de aanslag, zoals de tuner in het geval van Reyat.

,,Mensen willen weten of het Canadese rechtssysteem raad weet met terroristen”

Een doorbraak kwam pas in 1997, toen een vrouw tegenover de politie verklaarde dat Malik zijn betrokkenheid bij de aanslag aan haar had bekend. Een Sikh publicist uit Vancouver die in 1998 werd vermoord zou de politie informatie hebben verschaft die Bagri met het complot in verband brengt. Naar verluidt is de zaak tegen beide verdachten gebaseerd op dergelijke getuigenverklaringen en indirect bewijs. Ook zijn er video-opnamen van een toespraak die Bagri in 1984 hield bij een bijeenkomst van Sikhs in New York, waarin hij opriep tot geweld tegen de regering van India wegens de inval bij de Gouden Tempel.

Susheel Gupta vertrouwt erop dat de aanklagers hun zaak rond hebben. Als 12-jarige jongen verloor hij zijn moeder, Ramwati Gupta, bij de aanslag op Air India. Het motiveerde hem om jurist te worden. ,,Het siert onze justitie niet dat het achttien jaar duurt om de ernstigste terreurdaad uit de Canadese geschiedenis te berechten”, zegt hij.

Gupta is naar Vancouver gevlogen om persoonlijk bij het begin van het proces aanwezig te zijn. Hij wil de hele rechtszaak, die naar schatting een tot anderhalf jaar kan duren, op de voet te volgen – en hij denkt dat hij niet de enige zal zijn. ,,In andere delen van de wereld wordt ook meegekeken, tegen de achtergrond van 11 september,” aldus Gupta. ,,Mensen willen weten of het Canadese rechtssysteem raad weet met terroristen.”

Tagged with:
 

One Response to Proces Air India: bewijsmateriaal op zeebodem

  1. […] andere nabestaanden was hij naar de Canadese westkust gekomen om de uitspraak bij te wonen in het langdurige terreurproces tegen twee Canadese sikhs die ervan werden beschuldigd de aanslag te hebben beraamd. ,,Onschuldige […]

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *