Whistler lijdt onder ‘olympische aversie’
Het skioord Whistler aan de Canadese westkust hoopt op een flinke toename van bezoekers naar aanleiding van de Olympische Winterspelen. Maar in de aanloop naar de competitie blijven wintersporters juist weg, in de veronderstelling dat de bergen niet toegankelijk zijn. Het toerismebureau voert een felle campagne.
Door Frank Kuin
WHISTLER. Met hun ski’s over de schouders en skischoenen aan lopen Wayne en Audrey van Osterhout door het voetgangersgebied van het Canadese skioord Whistler, op weg naar de skilift. Ze zijn er vroeg bij dit jaar, zeggen de doorgewinterde skiërs uit de plaats Victoria aan de Canadese westkust. „We skiën hier al sinds de opening in de jaren zestig”, zegt Wayne. „Het is een geweldig skigebied met enorm veel terrein. Er is niets vergelijkbaars aan de Noord-Amerikaanse westkust.”
En dit seizoen is er niet zomaar een in Whistler, een dorp van bijna 10.000 inwoners aan de westkant van de Rocky Mountains. Want in februari, het hoogseizoen voor het skioord, komen de Olympische Winterspelen van 2010 naar het gebied. Ski- en bobsleecompetities worden gehouden op de hellingen van Whistler – ongeveer twee uur rijden van Vancouver, waar de schaats– en ijshockeywedstrijden zullen plaatsvinden. Whistler, het grootste skioord van Noord-Amerika, krijgt eindelijk zijn lang begeerde plaats in de olympische schijnwerpers.
Een gekkenhuis, zou je denken, waar je als gewone skiër maar het beste kunt wegblijven om bouwwerkzaamheden, verkeersdrukte en lange rijen voor de skiliften te vermijden. Maar het skioord ligt er opmerkelijk rustig bij, zo goed als klaar voor de olympische storm. Nieuwe faciliteiten als een supersnelle bobsleebaan en een centrum voor langlaufen zijn al geruime tijd af. Bouwvakkers leggen nog de laatste hand aan een plein waar straks de medailles zullen worden uitgereikt. Maar verder is er geen ontregeling.
Toch staan veel van de 10.000 hotelkamers in Whistler leeg. Skiën op de bergen waar binnenkort ’s werelds besten zullen afdalen, en waar in november al een recordhoeveelheid sneeuw is gevallen, kan nu voor uitverkoopprijzen, en je hoeft er niet voor in de rij te staan. „Wij vinden Whistler over het algemeen vrij duur”, zegt Van Osterhout, zoon van een Nederlandse immigrant. „Maar we hadden nu een prachtige aanbieding, met twee overnachtingen en twee dagen skiën. Daarom zijn we gekomen. Voor de exploitanten valt het misschien tegen, maar voor ons is het mooi.”
Daarin schuilt een dilemma voor Whistler: het skioord hoopt op een flinke toename van bezoekers naar aanleiding van de Winterspelen. Maar op dit moment blijven wintersporters juist weg, in de veronderstelling dat de bergen niet toegankelijk zijn. ‘Olympische aversie’ heet dat fenomeen. Het toerismebureau gaat er tegenin met een felle campagne, op het wanhopige af: „Tourism Whistler wil de mythe ontkrachten dat Whistler ‘uitverkocht’, ‘te druk’ of ‘te duur’ is, of ‘wordt verbouwd’ in de aanloop naar de Winterspelen van 2010”, aldus een pamflet.
„Mensen zijn vaak verrast als ze horen dat beide bergen de hele winter lang open zijn”, zegt Breton Murphy van Tourism Whistler, refererend aan de skihellingen op de bergen Whistler en Blackcomb, aan weerszijden van het skioord. Die zijn samen goed voor zo’n 200 skipistes. „Slechts vier daarvan zijn afgesloten tijdens de Spelen.” Hotelkamers zijn in die periode voor ongeveer 90 procent volgeboekt, zegt hij. Wegens de olympische drukte in die tijd is de verkoop van seizoenskaarten echter achtergebleven; ze zijn nu met 30 procent korting te krijgen.
Hoewel er grote drukte wordt voorspeld voor februari en maart, wanneer de Paralympische Spelen worden gehouden, verwacht Whistler voor de overige wintermaanden dan ook een terugloop van het aantal bezoekers ten opzichte van vorige seizoen. Toen deed zich wegens de recessie al een daling voor van tien procent vergeleken met de winter ervoor. Als gevolg van de economische neergang, toenemende concurrentie, en een opwaardering van de Canadese dollar, is de gemiddelde bezettingsgraad van hotelkamers in Whistler de afgelopen jaren gedaald van 70 tot circa 50 procent.
De Olympische Spelen moeten die trend in de komende jaren doorbreken, zegt Ken Melamed, burgemeester van Whistler. „We hopen op een toename van bezoekers van 5 à 15 procent”, zegt hij. Het Amerikaanse Salt Lake City heeft in de eerste zes jaar na de Winterspelen van 2002 zo’n 6 tot 9 procent meer bezoekers gekregen. Verwacht wordt dat de Spelen in Vancouver en Whistler een publiek zullen trekken van 3 miljard televisiekijkers. „De Winterspelen leveren wereldwijd aandacht op die je op geen enkele andere manier kunt krijgen.”
Wegens de olympische drukte is de verkoop van seizoenskaarten achtergebleven
Melamed, die als gemeenteraadslid sceptisch was over de Spelen, wijst erop dat er geen nieuwe hotels zijn gebouwd. De bezoekerscapaciteit van Whistler, die in de jaren negentig onstuimig groeide, is nu nagenoeg gelijk gebleven. „Als bewoners wilden we de kwaliteit van onze bestemming behouden, binnen een ongerept natuurschoon”, zegt hij. „We hebben een langetermijnvisie op de omvang van de gemeenschap, en daar moesten de Spelen in passen. Het is niet onze bedoeling om Whistler fysiek te laten doorgroeien. Maar we kunnen wel meer bezoekers aan.”
Olympische uitbreidingen van de wintersportfaciliteiten moeten daarbij helpen. Pronkstuk is de nieuwe bobsleebaan, die eind 2007 is opgeleverd – een kronkelend gevaarte van 1,4 kilometer lang, dat er vooral ’s avonds, wanneer het verlicht is, indrukwekkend uitziet. De sleebaan, de tweede in Canada na die van Calgary (Winterspelen 1988) is omschreven als ‘een liftschacht van ijs’. Hij zal na de Spelen toegankelijk zijn voor bezoekers.
Tevens is een ‘Noords Centrum’ aangelegd: een gebied voor langlaufen en biatlon (langlaufen en schieten), waarmee de totale lengte aan langlauftrajecten bij Whistler is gegroeid van 40 tot 100 kilometer. In vergelijking met Europa is langlaufen minder populair in Noord-Amerika, maar Melamed heeft „goede hoop” dat het nieuwe complex daar verandering in zal brengen. Of de nieuwe skischans ook nut zal hebben na de Spelen, moet hij nog zien. „Sporters zeggen dat hij beter is dan de schans van Calgary, dus het kan een nationaal trainingscentrum worden.”
Een laatste nieuwe trekpleister is een kabelbaan tussen de twee bergtoppen van Whistler en Blackcomb, de ‘Peak-2-Peak’. Hoewel die attractie niet specifiek voor de Winterspelen is gebouwd, kreeg dat project door de Spelen wel de wind in de rug. De kabelbaan, die een jaar geleden is voltooid, is 4,4 kilometer lang. De overspanning tussen de twee laatste masten aan weerszijden is, met 3,3 kilometer, de langste ter wereld. Op zijn hoogste punt bevindt een cabine zich bijna een halve kilometer (436 meter) boven de grond.
Tot slot is de bereikbaarheid van het skioord sterk verbeterd met grootschalige uitbreiding van de snelweg vanuit Vancouver, de zogenoemde ‘Sea to Sky highway’. Die kronkelende bergweg, met adembenemende vergezichten van het landschap aan de westkust, werd aanvankelijk beschouwd als de zwakste schakel van het olympische plan. Een jarenlang bouwproject met wegverbredingen voor een bedrag van 775 miljoen (Canadese) dollar (500 miljoen euro) is zo goed als af.
Pete Wright, een ervaren skiër uit Vancouver, prijst de veelzijdigheid die Whistler door de jaren heeft opgebouwd. „De omvang is ongeëvenaard, als een gigantisch speelterrein voor volwassenen is het pret in het groot”, zegt hij, terwijl hij het dorp inloopt na een middag skiën. Wright, die als skigids werkt in het Yukon-gebied, twijfelt er niet aan: „Whistler is er zeker klaar voor.”
Whistler ontstaan als project voor Winterspelen van 1968
Het Canadese skioord Whistler is gebouwd op olympische ambities. Begin jaren zestig werd de locatie in een voorgebergte van de Rocky Mountains gekozen als plek voor een skibaan door een kleine groep zakenlieden, met als doel een gooi te doen naar de Olympische Winterspelen van 1968. Er was op dat moment nog vrijwel niets.
Nadat de eerste skilift was gebouwd, ging Whistler in 1966 open voor het publiek. Pogingen werden ook gedaan om er de Winterspelen te houden in 1972, 1976 (toen de Zomerspelen naar het Canadese Montreal gingen), 1980 en 1988 (toen Calgary de Winterspelen kreeg). De eerstvolgende poging, voor 2010, was raak.
Elke poging ging gepaard met nieuwe uitbreidingsplannen. En in de jaren negentig groeide Whistler gestaag, met elk jaar nieuwe hotels, een nieuwe lift, en nieuwe pistes. Whistler, geëxploiteerd door het bedrijf Intrawest, groeide uit tot het drukst bezochte skioord van Noord-Amerika, met jaarlijks ruim 2 miljoen bezoekers.
Dit is het laatste deel in een tweeluik over de naderende Winterspelen. Het eerste deel verscheen op zaterdag 2 januari.
One Response to Whistler lijdt onder ‘olympische aversie’
Geef een reactie Cancel reply
Thema´s
- Het hoge noorden
- Atlantische provincies
- Quebec
- Ontario
- Prairies
- British Columbia
- Canada in de wereld
- Canada & Nederland
- Canada & VS
- Inheemse bevolking
- Immigratie en multiculturalisme
- Politiek
- Justitie
- Defensie
- Economie
- Sport
- Gezondheid
- Cultuur
- Canadese identiteit
- Natuur en milieu
- Wetenschap
- Toerisme
- Geschiedenis
- Religie
Meer over:
- Stephen Harper
- Terrorismebestrijding
- Klimaatverandering
- Grondstoffen
- Afghanistan
- Integratie
- Olie
- Teerzanden
- BlackBerry
- Nederlanders in Canada
- Vancouver 2010
- RIM
- Oliezanden
- Immigratie
- Shell
- Jean Charest
- Inuït
- Kredietcrisis
- NAFTA
- Leger
- IJshockey
- Leven in Canada
- Familie Khadr
- Zeeijs
- Rob Ford
- Barack Obama
- Demonstranten
- Kandahar
- Luchtvaart
- Mijnen
- Separatisme
- Grens Canada - VS
- Canada & Rusland
- Supreme Court of Canada
- Bevrijding
- Accommodement raisonnable
- Downtown Eastside
- Homohuwelijk
- Spoorwegen
- Parti Québécois
[…] is het eerste deel in een tweeluik over de naderende Winterspelen. Het tweede deel verschijnt op dinsdag 5 januari. Tagged with: Kredietcrisis • Vancouver 2010 […]