De Inuït worden dagelijks geconfronteerd met de opwarming van de aarde. Volgens milieu-activiste Sheila Watt-Cloutier, samen met Al Gore genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede, is haar volk een ‘graadmeter voor de rest van de wereld’.

Door Frank Kuin

IQALUIT. Sheila Watt-Cloutier heeft een eersteklas uitzicht op klimaatverandering. Vanuit haar woning in Iqaluit, hoofdstadje van het Canadese, semi-autonome gebied Nunavut, kijkt de vooraanstaande milieu-activiste uit op Frobisher Bay, een baai die door haar volk, de Inuït, het grootste deel van het jaar wordt gebruikt als ijzige route naar hun traditionele jachtgebieden. Het toendralandschap oogt koel in zijn eenzame uitgestrektheid, badend in de zon.

Als gevolg van het broeikaseffect – in het noordpoolgebied sterker dan in andere delen van de wereld – vriest de baai tegenwoordig weken later dicht, en ontdooit hij aanmerkelijk eerder, zegt Watt-Cloutier. IJsberen, zeehonden en kariboes blijven veelal verder uit de buurt, terwijl nieuwe diersoorten als wespen en zelfs roodborstjes hun intrede doen. Voor sommige nieuwkomers hebben de Inuït (ofwel ‘Eskimo’s’) geen naam in hun eigen taal, Inuktitut. „De veranderingen zijn dramatisch, de afgelopen vijf tot tien jaar,” zegt ze.

Gezicht op Iqaluit en Frobisher Bay in noordelijk Canada.

Watt-Cloutier (53), voormalig directeur van de Inuït Circumpolar Conference (ICC), een internationale organisatie van de Inuït in Canada, Alaska, Groenland en Rusland, heeft de fysieke veranderingen van het onherbergzame gebied van dichtbij meegemaakt. Als klein meisje reisde ze uitsluitend per hondenslee in de omgeving van haar geboorteplaats, Kuujjuaq in Nunavik, noordelijk Québec. De meeste Inuït woonden nog in iglo’s, en het was altijd koud. „We durfden niet eens een teen in de rivier te steken, zo koud was het water”, vertelt ze. „Tegenwoordig is het ’s zomers zo warm dat iedereen in de rivier zwemt.”

Sheila Watt-Cloutier

Dezer dagen reist Watt-Cloutier per jumbojet. Ze trekt de wereld rond, om mensen te waarschuwen voor de dramatische gevolgen van klimaatverandering op het poolgebied. Ze doet haar verhaal op conferenties en internationale topontmoetingen, waar de Inuït vaak geen officiële stem hebben omdat hun volk geen staat heeft. Dat zendingswerk heeft haar een nominatie opgeleverd voor de Nobelprijs voor de Vrede. Want, zo verklaart de activiste, de gevolgen van de opwarming van de aarde op het poolgebied zijn diepgaand: klimaatverandering vormt een bedreiging voor de culturele overleving van de Inuït – en schendt wat zij noemt hun fundamentele „recht op kou’’.

Wegens hun positie aan de frontlinie van klimaatverandering en als ‘netto ontvangers’ van opwarming – uitstoot in het poolgebied is verwaarloosbaar, maar de opwarming is er het sterkst – hebben de Inuït een rol als „graadmeter voor de rest van de wereld”, meent Watt-Cloutier. „We mogen slechts met 155.000 mensen zijn, onze stem zal worden gehoord”, betoogt ze. „Het is onze missie om de wereld te waarschuwen. We willen geen voetnoot zijn in dit proces van opwarming. We zullen aan de wereld duidelijk maken dat de Verenigde Staten en andere vervuilende landen ons niet zomaar kunnen negeren.”

„Onze manier van leven is gebaseerd op kou”

De boodschap, uitgedragen door Watt-Cloutier, is krachtig: klimaatverandering als gevolg van de uitstoot van broeikasgassen door industrielanden schendt de mensenrechten van de Inuït. Milieuvervuiling in verre landen ondermijnt de leefomgeving in het poolgebied – niet alleen voor dieren, ook voor mensen. „Onze dieren, zoals de ijsbeer en de zeehond, zijn bekender dan de mensen die hier leven”, stelt Watt-Cloutier vast. „Klimaatverandering gaat echter niet alleen over ijs en diersoorten, maar betreft ook echte mensen die proberen te overleven in een veranderende wereld. Daarom is het een kwestie van mensenrechten.”

Watt-Cloutier is de drijvende kracht achter een petitie van de Inuït aan de Inter-Amerikaanse Commissie van Mensenrechten, een orgaan van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS), om klimaatverandering als schending van mensenrechten erkend te krijgen. Met name de Verenigde Staten worden daarin aansprakelijk gesteld voor schending van de rechten van de Inuït, niet alleen omdat Amerika de grootste uitstoter van broeikasgassen ter wereld is, maar ook omdat de regering-Bush weigert mee te doen aan internationale pogingen om de opwarming van de aarde tegen te gaan, zoals het Kyoto-Protocol.

De Commissie gaf Watt-Cloutier dit voorjaar de kans om het verband tussen klimaatverandering en mensenrechten toe te lichten. Dat deed ze met een presentatie in Washington – waar ze al eerder getuigde over klimaatverandering tegenover het Amerikaanse Congres. De Commissie heeft nog geen standpunt ingenomen. Mocht ze de petitie steunen, dan is dat van symbolische betekenis; de Commissie kan lidstaten van de OAS niet tot actie dwingen.

Sheila Watt-Cloutier werkt ondertussen aan een boek over het Inuïtperspectief op klimaatverandering, getiteld The Right to be Cold.

Waarom hebben de Inuït recht op kou?

„Omdat onze manier van leven volkomen gebaseerd is op de kou, het ijs en de sneeuw. Meer dan waar ook ter wereld draait het traditionele bestaan hier om sneeuw en ijs, op het vlak van voedsel maar ook cultureel en spiritueel. Onze jachtcultuur hangt ervan af, de natuurlijke omgeving is onze supermarkt. We zijn in het poolgebied afhankelijk van sneeuw en ijs voor ons transport en vervoer, dus verminderde betrouwbaarheid van het ijs is voor ons een kwestie van veiligheid. Kortom, voor ons is de verandering van het milieu niet slechts een milieukwestie, maar een zaak van ons welzijn en onze overleving.

„Klimaatverandering tast onze jachttraditie aan, en daarmee ons recht op cultuur, ons recht op gezondheid, ons recht om in ons eigen levensonderhoud te voorzien. Al deze belangrijke rechten zijn erkend in de Amerikaanse Verklaring van de Rechten en Plichten van de Mens uit 1948; iedereen kan er aanspraak op maken. Bij ons worden ze ondermijnd door de vermindering van de kou. We maken gebruik van een bestaand mechanisme om onze rechten te beschermen. We kunnen niet lijdzaam toekijken terwijl de wereldgemeenschap doorgaat alsof er niets aan de hand is en onze rechten worden aangetast door klimaatverandering.”

Waarom is het zo belangrijk om de jachtcultuur te behouden? Andere bevolkingsgroepen hebben de jacht toch ook al lang achter zich gelaten?

„Onze jachtcultuur is een bron van kracht en zelfrespect bij onze aanpassing aan de nieuwe wereldorde. De Inuït hebben binnen een paar generaties zeer stormachtige veranderingen doorgemaakt, waar andere samenlevingen honderden jaren over hebben gedaan. Tijdens mijn leven zijn we overgestapt van een nomadisch jagersbestaan naar een leven in de moderne wereld. De snelheid waarmee dat is gebeurd, heeft bijgedragen aan de afbreuk van onze maatschappij, met als gevolg een lusteloosheid die zich uit in verslaving, geweld en zelfmoord. In Noord-Amerika komt zelfmoord het vaakst voor onder onze jongeren van 16 tot 24 jaar. Dat is een reëel probleem.

„Net nu we bijkomen van de modernisering, realiseren we ons dat de enige bron van oplossingen, onze jachtcultuur, aan het smelten is. De jacht brengt onze jongeren geduld bij, moed, wijsheid en het vermogen om inschattingen te maken. Die vaardigheden hadden we nodig om te overleven in deze omgeving, maar ze zijn ook zeer noodzakelijk in de veranderende wereld waarin we nu leven. Onze jonge mensen moeten zelfrespect opbouwen en leren om zich niet impulsief te gedragen. De jachtcultuur is de meest omvattende, holistische manier om onze kinderen op te voeden, en moet daarom behouden blijven.”

Watt-Cloutier laat een foto zien van haar kleinzoon van bijna 10. Breed lachend staat hij erop met een bearded seal, de eerste zeehond die hij heeft doodgeschoten. „Ik doe dit voor mijn kleinzoon en zijn toekomst,”’ zegt ze. „Ik wil dat hij kan blijven jagen, omdat dat hem de kracht, de focus, het inschattingsvermogen en het geduld zal bijbrengen die hij nodig heeft om te overleven in onze veranderende wereld.”

Uw petitie richt zich specifiek tegen de Verenigde Staten. Wat is daarvoor de reden?

„De Verenigde Staten zeggen dat ze niets tegen klimaatverandering ondernemen omdat men ten eerste niet gelooft dat die plaats heeft, ten tweede niet denkt dat het door mensen wordt veroorzaakt, en ten derde niet bereid is ook maar één Amerikaanse baan verloren te laten gaan door economisch beleid aan te passen. Nog los van de vraag of de Commissie de VS tot actie kan dwingen, is het belangrijk dat de petitie mensen aan het denken zet, dat mensen inzien dat ons bestaan op het spel staat. Het is niet persoonlijk tegen Amerika, of tegen de regering-Bush.”

Uw werk wordt vergeleken met dat van Al Gore, de voormalige vice-president van de VS die met zijn film An Inconvenient Truth de aandacht heeft gevestigd op klimaatverandering. U bent gezamenlijk genomineerd voor de Nobelprijs. Wat vindt u van zijn werk?

„De film is goed gemaakt, heel krachtig. Dat was ook nodig, want zijn land ontkende de klimaatverandering. Hij moest de Amerikanen choqueren om echte verandering te bewerkstelligen. Het was geniaal van de Noren om ons samen te nomineren voor de Nobelprijs voor de Vrede. Hij heeft zo’n grote naamsbekendheid, en op deze manier krijgen het poolgebied en de Inuït de aandacht die ze verdienen.”

Watt-Cloutier en Gore hebben elkaar nooit ontmoet, zegt ze. „Hij heeft nooit toenadering gezocht. Mijn team heeft het zijne benaderd toen we in Washington waren, maar toen kwam het niet uit. Ik zit niet achter Al Gore en zijn mensen aan, ik doe wat ik zelf kan doen op dit gebied. Ik respecteer zijn werk, maar daar houdt het mee op.”

De film van Gore, roept bij sommigen de neiging op om te zeggen: dit is zo reusachtig, we kunnen er niets aan doen. Heeft u nooit het gevoel dat de strijd tegen klimaatverandering een onbegonnen zaak is?

„Nee, ik ga nooit uit van machteloosheid. Hoewel we het gevoel hebben dat we slachtoffers zijn van klimaatverandering, is het belangrijk om de wereld tegemoet te treden vanuit een positie van kracht. Ik heb geholpen bij de onderhandelingen over een internationaal verdrag ten aanzien van verontreinigende stoffen die zich in het menselijk lichaam ophopen, het Verdrag van Stockholm. Daarbij heb ik geleerd dat de internationale gemeenschap kan doen wat nodig is, als de wil daartoe bestaat.

„Wij vragen de wereld niet om te stoppen met alle ontwikkeling; we willen zelf ook niet terug in de tijd. Wat we de wereld wel vragen is gebalanceerde ontwikkeling, waarbij de gevolgen van economisch beleid op het milieu worden meegewogen. We moeten ons realiseren dat wat we in onze eigen achtertuin doen, in ons eigen land, uiterst negatieve gevolgen kan hebben voor andere volken. Daar moet iedereen verantwoordelijkheid voor nemen.

„Klimaatverandering is een ingewikkelde problematiek, en er zijn grote belangen mee gemoeid dat de situatie onveranderd blijft. Maar we kunnen er een hoop aan doen als we met de internationale gemeenschap bij elkaar komen. Als we de uitstoot van broeikasgassen op tijd kunnen beperken om het poolgebied te beschermen, dan redden we de planeet.”

Zeeijsschotsen in Nunavut. Wegens de opwarming van de aarde smelt het zeeijs, en wordt het Noordpoolgebied toegankelijker.

This post is also available in: Engels

Tagged with:
 

One Response to Sheila Watt-Cloutier komt op voor het ‘recht op kou’ van de Inuït

  1. […] wordt versterkt in het Noordpoolgebied,” aldus Sheila Watt-Cloutier, voorzitter van de Inuit Circumpolar Conference, een organisatie van bevolkingsgroepen in Canada, […]

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *